KORTRIJK (B) – Na de Shimano Retaildagen in het najaar van 2022 stonden op Velofollies niet alleen de nieuwe producten centraal, maar ook de onderlinge relatie met de retail. We spraken hierover met Lennard Vis en Erik-Jan Brunninkreef.
Binnen Shimano Benelux is dit najaar de organisatiestructuur aangepast, waarbij er per land een Country Manager benoemd is. Lieven Bisschop was dat al iets langer voor Shimano België en in oktober is Lennard Vis dat voor Shimano Nederland geworden. Een korte tijd combineerde hij die rol met zijn voormalige job als marketingmanager, maar is inmiddels intern opgevolgd door Erik-Jan Brunninkreef.
Op Velofollies, waar vooral veel consumenten komen, is het vizier veel meer gericht op de producten, maar tijdens de Shimano Retaildagen zijn vorig jaar alle retailers in Nederland en België uitgenodigd en volledig bijgepraat. Vis blikt daarop terug als een periode vol waardevolle gesprekken. “Het was niet echt een dealershow, maar meer één-op-één ontmoetingen met onze dealers op afspraak, waar de accountmanager op afspraak meer tijd met zijn klanten spendeert, dan wanneer hij ze in de winkel bezoekt. Dit is echt het moment om even terug te kijken en vooral vooruit te kijken. Er gebeuren gekke dingen in de markt. Hoe kunnen we daarin onze samenwerking verbeteren? Het is dus meer dan alleen maar naar nieuwe producten kijken,” licht Vis toe.
560 retailers naar Shimano trainingen
De Shimano Retaildagen vielen ook gedeeltelijk samen met de start van het trainingsseizoen, in zowel Nunspeet als Mechelen, dat al snel volgeboekt was. In het nieuwe trainingsschema werkt Shimano ook samen met een aantal fietsfabrikanten, onder andere KOGA, Merida of Oxford in België, die hun dealers aansporen om deel te nemen. Shimano traint dan de medewerkers van de fietsfabrikanten of hun dealers. Het najaar van 2022 telde Shimano in totaal 560 deelnemers aan de diverse trainingen. “Sinds de opkomst van de e-bike merk je dat wij een wat andere rol hebben, als je praat over marketing. Mensen kopen een fiets, geen motor, of een vervoersmiddel en geen accu. We merken dat sommige fietsfabrikanten graag samen met ons willen optrekken in het B2B-verhaal,” aldus Vis, die de vraag hiernaar ziet toenemen. “We hebben onze organisatie er ook op aangepast. We hebben binnen de marketingafdeling nu ook een Key Account Marketingmanager, Jeroen Broekhuizen, die dit soort diensten van ons ook makkelijker kan aanbieden, zowel voor de retail als voor OEM. Marketing is tegenwoordig bijna custom made, omdat de ene klant net een andere benadering heeft dan een andere. Dat gaat steeds meer komen.”
Het werkplaatsprogramma laat Shimano onverminderd doorlopen omdat retailers blijven investeren in hun winkel en vaak ook de werkplaats. “Die worden opgefrist of compleet vervangen of zelfs groter gemaakt. Je ziet dat werkplaatsen meer en meer belangrijk worden voor de winkel,” laat Brunninkreef weten. “Die werkplaatsen zitten vol en dat blijft ook wel zo.”
Economische crisis vaak niet zo slecht voor de fietsenverkoop
Op de vraag wat 2023 gaat brengen in deze onzekere tijden van oorlog en inflatie erkent Vis dat dit moeilijk te voorspellen is. Bij de presentatie van kwartaalcijfers in Japan heeft Shimano al bij herhaling aangegeven dat de markt aan het afkoelen is. “Wat we weten uit het verleden is dat een economische crisis vaak niet zo slecht is voor de fietsenverkoop. Het blijft gezond en goedkoper dan in een auto rijden. Bovendien is het duurzamer wat ook een steeds belangrijker aspect is. Maar het is nu zo’n breed palet aan crises, dat je er geen pijl op kan trekken. Het consumentenvertrouwen is wel laag,” aldus Vis. “Het is gewoon onrustig en dat hoor je terug in alle gesprekken. Het is met name de onvoorspelbaarheid die het lastig maakt.”
Brunninkreef signaleert, mede vanuit zijn vorige functie als Retail Manager, dat dealers zich momenteel vooral zorgen maken over hun oplopende voorraden en liquiditeit. In een periode waarin traditioneel toch wat minder fietsen verkocht worden, komen er juist heel veel binnen, omdat fabrikanten kunnen leveren en achterstanden wegwerken. “Er komt nu wel heel veel binnen en er gaat ook nog meer komen. Gaat dat wel goed, vragen ze zich af. Hun accountant zegt dat ze geen fietsmuseum zijn. Ga je die fietsen wel allemaal verkopen? Daar maken ze zich meer zorgen om, dan over de energierekening. In een fietsenwinkel hoeft het geen 30 graden Celsius te zijn. De energiekosten zullen in de fietsenbranche iets minder heftig zijn dan in een restaurant of een bakkerij,” zegt Brunninkreef. “Het is niet dat de verkoop stilligt, zeker niet, maar er komt zoveel tegelijk binnen. Er komen meer fietsen binnen dan eruit gaan.”
